Portfolio en Blog van Henk Oldenziel

Crossmedia en 2.0 journalist met expertise in Nederlandse, Engelse, Franse en Italiaanse producties.

12 aug 2010

primeur: zweefvliegen

De eerste keer is altijd spannend. Een mijlpaal in je leven, een moment dat in je geheugen blijft staan. Vandaag: zweefvliegen.

Je kent het wel. De lucht in met zo’n vliegtuigje zonder motor dat door een ander – wel gemotoriseerd – vliegtuigje met een touw wordt getrokken. En dat puur op de wind vertrouwt.

En het is stoer: voorin zitten achter zo’n dashboard met snelheidsmeter, hoogtemeter en nog veel meer instrumenten waarvan je je afvraagt waarom dat allemaal nodig is. Ik waande me een echte piloot. Behalve dat de man in het stoeltje achter mij alles uitvoerde. Anders hadden jullie deze blog niet kunnen lezen.

Bij zweefvliegen is alles net wat kleiner dan wat je op een vliegveld ziet. Het aantal passagiers (twee stuks), de lengte van de piste (een paar honderd meter ipv drie kilometer bij de burgerluchtvaart) en de snelheid. Je vliegt niet sneller dan honderd kilometer per uur (een normaal vliegtuig stijgt op bij 300km/h en haalt snelheden tot de 1000 km/h). Vandaar dat je ook volop kan genieten van het uitzicht.

Want daar gaat het om: het uitzicht. Vooral als je het gebied – waar ik regelmatig fiets- en wandeltochten heb gemaakt – goed kent. Elke dorp, elke bergtop herken ik alsof ik ze op Google Earth aanwijs. Genieten.

Op 1500 meter gaan we los. De piloot vindt het tijd om de kabel waarmee we getrokken worden los te laten. We cirkelen zelfstandig verder in een soort van positieve spiraal , de hoogte in, op zoek naar de winden. Daar waar vogels vliegen, daar waar de wolken bewegen, daar moet je heen. Daar kom je vooruit.

De hoogste top uit het gebied, op 1600 meter, is steeds verder onder ons.Verderop verschijnen dalen, meren en aan het einde van de horizon de Alpen.  Precies zoals ik had verwacht, maar dan beter. Vanaf 2100 meter hoogte lijkt alles een beetje Madurodam. Klein, maar fijn.

We willen een nieuw luchtruim binnenvliegen. Anders gezegd: een gebied dat vanuit een andere luchthaven wordt gecontroleerd dan waarvan we opstegen. De piloot vertelt mij welke radiofrequentie ik moet invoeren om contact te leggen met de grondcontrole twintig kilometer verderop. Mijn eerste echte handeling als piloot.

Aan het einde van de vlucht mag ik ook zelf  sturen. Bij het bewegen van de pook voor mij maakt het vliegtuigje een forse duik in de richting van een dorpje onder ons. Geen paniek. ‘Je moet eerst stabiel vliegen en een plekje aan de horizon kiezen. Vervolgens vertel je welke kant je opgaat’, legt mijn leermeester uit. Helaas mislukt de tweede poging ook en laat ik het sturen over.

Na een zachte landing op het gras van het vliegveld stap ik enigszins duizelig uit. Het was toch een soort achtbaan van drie kwartier. Maar eentje die je zo over wil doen.

Zie de hele fotorepo op Flickr

Plaats een reactie

Je moet ingelogd zijn om een comment te plaatsen.