Portfolio en Blog van Henk Oldenziel

Crossmedia en 2.0 journalist met expertise in Nederlandse, Engelse, Franse en Italiaanse producties.

18 jan 2016

Er zit van alles in een naam

De Maartensbrug tussen de Zadelstraat en de Servetstraat is de oudste van de veertig bruggen in de Binnenstad. Vroeger heette ze anders.

De omstreeks de elfde eeuw nog houten Burchtbrug was de toegang vanuit Stathe, een handelsgebied tussen de huidige Boterstraat en de Steenweg tot de bisschoppelijke burcht op het huidige Domplein. Het burcht werd ook wel Immuniteit van St. Maarten genoemd, naar de schutspatroon van Utrecht. Het bisschoppelijk paleis daar had een fraaie tuin, ’gaard’. Een brug verder naar het zuiden herinnert hieraan: de Gaardbrug (ten hoogte van café Postillon).

De markthandel in Stathe breidde zich in de twaalfde eeuw uit naar de waterkant van de Rijn, die tot het begin van die eeuw nog door Utrecht liep. Het noordelijke deel van de huidige Oudegracht was toen al gegraven als nieuwe verbinding tussen de Rijn en de Vecht, vanwege verzanding van de Rijn verder stroomafwaarts. De omgeving was krap en om ruimte te maken voor alle handel werden er nieuwe bruggen gebouwd. Zij kregen de naam van de producten die er op verkocht werden of de beroepen die er uitgeoefend werden: Kalis- of Visbrug (Vismarkt), Huidenbrug en Broodbrug (de laatste twee werden later verbouwd tot de Stadhuisbrug) en Bakkerbrug.

Enkele of dubbele bogen

Nadat de Rijn in 1122 bij Wijk bij Duurstede werd afgedamd en er vanaf dat moment alleen nog maar het smalle watertje de Krommerijn naar Utrecht liep, werd de Oudegracht verder uitgegraven naar het zuiden en kregen de bruggen namen van gilden (Smeebrug, Bijlhouwersbrug) die daar woonden. Ook heiligen werden vernoemd (Geertebrug, vernoemd naar Gertrudis, die haar status van heilige verdiende omdat zij zo geconcentreerd in haar gebed was dat de muizen en ratten haar staf beklommen). Ook langs de Nieuwegracht is dit het geval. De Paulusbrug herinnert aan de nabijgelegen Paulusabdij en apostel Paulus. De Brigittenbrug is vernoemd naar een voormalig klooster en de heilige Brigitta van Zweden.

Al deze bruggen zijn van steen, met enkele of dubbele bogen. Omdat de bedrijvigheid in de 19e eeuw wederom toenam en er nieuwe verbindingen nodig waren over de Stadsbuitengracht (de stadsmuren waren inmiddels afgebroken) werden er nieuwe bruggen gebouwd, met andere materialen: beton (de Herenbrug uit 1873, vernoemd naar de heren Kanunniken van het Kapittel van St. Jan), de Van Asch van Wijckbrug, (vernoemd naar de burgermeester onder wiens bewind het singelpark werd aangelegd en de De Bartholemeibrug (vernoemd naar het nabijgelegen in 1378 gestichte Bartholomeus Gasthuis). In het Stationsgebied zijn er drie nieuwe bruggen bijgekomen: de Vredenburgknoop (ter hoogte van het Tivoli/Vredenburg), de Paardenveldbrug (bij Wijk C, waar vroeger paardenmarkten werden gehouden) en de Marga Klompébrug (bij het Moreelsepark).

*Dit is een bijdrage voor het januarinummer van de Binnenstadskrant Utrecht. Het hele nummer lees je hier

Meer content op binnenstadskrantutrecht.nl. 

One Comment